Aanvankelijk vestigden duiven zich in de bergen, aan de oevers van vijvers, en met de komst van steden werden daken, technische vloeren en 'zakken' met woonhuizen gekozen. Als je elke dag naar vogels kijkt, denk je zelden aan hun gewoonten of verbazingwekkende fysiologische kenmerken. In het bijzonder weten maar weinig mensen waarom de duif knikt tijdens het lopen, en doet dat de hele tijd.
De belangrijkste hypothesen
Veel specialisten hebben de voorgelegde vraag bestudeerd, maar de vogelaars kwamen niet tot een consensus. Er zijn verschillende versies van de vreemde fysiologische kenmerken van duiven - knikken tijdens het lopen. De meest relevante hiervan zijn:
- de aanwezigheid van gevoelig gehoor;
- lichaamsstructuur;
- flirt.
Het is wetenschappelijk bewezen dat duiven een gevoelig gehoor hebben. Als gevolg hiervan, tijdens het lopen, nemen ze geluid van hun eigen stappen waar en schudden hun hoofd het ritme voor beweging. De theorie lijkt onwaarschijnlijk, aangezien dit fysiologische kenmerk bij vogels zelfs op een geruisloos type coating, bijvoorbeeld op gras, blijft bestaan.
Interessant feit: Als de duif de muziek aanzet, begint hij te zoeken naar een geluidsbron en schudt zijn hoofd heen en weer. Sommige vogels bewegen zelfs op het ritme van de melodie. Papegaaien, uilen en adelaars gedragen zich op dezelfde manier.
De anatomie van de duif is zodanig dat hij steevast op twee poten loopt, die de vaste massa van het vogellichaam zouden moeten vasthouden.Om het evenwicht niet te verliezen, bleek tijdens de evolutie van duiven een extra mogelijkheid om met behulp van knikken in de ruimte te balanceren.
De versie ziet er onwaarschijnlijk uit, omdat deze vogelsoort in een statische positie geen hoofdbewegingen meer maakt, hoewel het lichaamsgewicht de benen blijft beïnvloeden.
Een andere theorie houdt verband met paarspellen. Het is geen geheim dat het mannetje, in een poging het vrouwtje te plezieren, zijn verenkleed uitspreidt, erna loopt, karakteristieke geluiden maakt. Een knikje met het hoofd wordt een van de manifestaties van persoonlijkheid, volgens welke het vrouwtje haar 'vriendje' kiest. De theorie is gedeeltelijk waar, omdat het fysiologische kenmerk behouden blijft in het gewone leven van vogels, niet alleen in de paartijd.
Versie van ornithologen
Na zorgvuldige ornithologische studie bleek dat duiven door de anatomische structuur tijdens het lopen met hun hoofd knikken. Om het wereldbeeld te kunnen waarnemen, moet het vogeloog onbeweeglijk blijven. Een beweging van het hoofd helpt om een statisch zicht te behouden, waardoor het mogelijk wordt om op tijd gevaar op te merken of voedsel te vinden.
De juistheid van de theorie werd tijdens het experiment praktisch bewezen. De duif werd op de loopband geplaatst en toen hij zijn poot naar voren bewoog, knikte zijn hoofd precies één keer. Met de versnelling van bewegingen werden de knikken proportioneel groter. Maar toen de snelheid van de simulator en de duif gelijk was, stopte de vogel met knikken. In dit geval was het beeld van de wereld voor de vogel statisch.
Zo knikt de duif tijdens het lopen vanwege de anatomische structuur.Het vogeloog moet in een statische positie staan, anders kan het de afbeelding van de wereld niet waarnemen. Als gevolg hiervan blijft de gevederde kop tijdens het lopen een beetje hangen en haalt dan het lichaam in. De verklaring dat mannetjes tijdens de paartijd met hun hoofd knikken om het vrouwtje te plezieren, is ook gerechtvaardigd.